Met distributie over de hele wereld en innovatieve producten geldt Stinger al jaren als marktleider in radardetectie. Volgens eigen zeggen is het hoofddoel van het bedrijf: rijvrijheid verdedigen door superieure flitsbescherming. Hoe heeft de onderneming die ooit begon vanuit een kantoortje in de Bollenstreek het zover kunnen schoppen? We spraken met CEO en mede-eigenaar Jim de Wilde. Over vrijheid, onafhankelijkheid, pionieren en doorzetten.

“Mijn ouders hadden een telex en tekstverwerking servicebureau in Lisse. Het waren echte ondernemers, ondernemen en zakendoen is mij en mijn broer Tom met de paplepel ingegoten. Door de komst van de fax en de eerste computers, in de jaren tachtig van de vorige eeuw, verdween de telex langzaam uit beeld. Ondertussen was Tom geïnteresseerd geraakt in radardetectie, daar had hij over gelezen in Amerikaanse automagazines. Mijn vader was direct enthousiast en samen zijn ze er vol ingedoken. Pa had een ongelooflijke drang naar vrijheid; dat kwam mede doordat hij in de oorlog in een Jappenkamp had gezeten. En net als wij was hij een enorme autoliefhebber. Voeg daarbij het rechtvaardigheidsgevoel van mijn moeder en het is geen wonder dat we samen Stinger zijn begonnen.

''Pa had een ongelooflijke drang naar vrijheid; dat kwam mede doordat hij in de oorlog in een Jappenkamp had gezeten.''

Controlekraker

De start was niet makkelijk. Het was ondernemen, pionieren en hard werken. Geen van de radardetectoren die destijds in Nederland werden verkocht werkte goed, en ze hadden een slechte naam. Even uitleggen: zo’n detector werkt als een scanner, het apparaatje zoekt constant de radiofrequenties af die door de politieradar worden gebruikt om de snelheid van voertuigen te meten. Dankzij intensief speurwerk hebben wij uit kunnen vinden welke drie frequenties er in ons land werden gebruikt en een Koreaans bedrijf heeft toen voor ons de juiste apparatuur ontwikkeld. Ik heb een marketingplan geschreven (ik studeerde op dat moment Bedrijfskunde) waarna mijn broer en ik, met het product onder de arm, bij autodealers langsgingen om het te verkopen.

Dat viel tegen: we werden niet met open armen ontvangen, om het zo maar te zeggen. Toch hebben we doorgezet. We zochten contact met diverse journalisten, waaronder die van het gerenommeerde blad Autovisie. Zij waren bereid onze radardetector te testen. Maar, zeiden ze erbij: we schrijven alles eerlijk op, ook als het niet goed is. Twee weken later kwam het blad uit, met daarin een mooi artikel over ons product. Controlekraker, stond erboven.

''Nee, de politie was niet blij, maar onze detector was volledig legaal.''

Vanaf dat moment werd alles anders. Mensen stonden letterlijk in de rij voor ons kantoortje in Lisse om een radardetectiesysteem aan te schaffen. Van rijke zakenmannen tot gasten met een pak cash geld; allemaal wilden ze een ‘controlekraker’. De houding van de dealers draaide volledig om, ze wilden het product nu maar wat graag verkopen. Daarna nam het een enorme vlucht. We maakten flink reclame, één à twee keer per maand stonden we met een grote advertentie op de voorpagina van de Telegraaf. Nee, de politie was niet blij, maar onze detector was volledig legaal.

Amerikaanse markt veroveren

Vervolgens hebben we het product doorontwikkeld. We kozen voor een Canadees productiebedrijf en op een gegeven moment werd de naam Stinger bedacht. Begin deze eeuw verhuisden we van Lisse naar een groter pand in Hillegom. Daar groeide het bedrijf verder en hebben we zelf de volledige productie en ontwikkeling in de hand genomen. We breidden uit naar het buitenland: Duitsland, Oostenrijk, Zwitserland, noem maar op. In 2008 werden we geraakt door de economische crisis. Dat was een moeilijke periode, maar we konden toch het hoofd boven water houden. Hoe? Door de broekriem aan te trekken en door kostenbeheersing. We hebben niemand ontslagen, daar ben ik best trots op. De meeste medewerkers zijn hier trouwens lang in dienst; we hebben langdurige relaties met absolute toppers.

''Veel van onze producten werken al verregaand met AI, Artificial Intelligence.''

Rond 2016 probeerden we de Amerikaanse markt te veroveren en in onze ogen kon dat alleen door er te gaan wonen. Tom en ik zijn toen met onze gezinnen naar de VS verhuisd. Opnieuw moesten we pionierswerk verrichten. Dat lukte: anderhalf jaar later vonden we een distributeur. Inmiddels zijn we vijf jaar verder en het gaat hartstikke goed; ons bedrijf is gezond en we zijn blij om dit werk te mogen doen. We houden heel erg van het leven, zijn positief ingesteld en geloven in vrijheid en de maakbaarheid van je eigen toekomst. Die vrijheid zit er diep in bij ons. Je moet je nooit overgeven aan een autoriteit zonder zelf na te denken.

We zijn uitgegroeid tot leverancier van computerhubs in de auto. Veel van onze producten werken al verregaand met AI, Artificial Intelligence, en we hebben nog allerlei mooie productideeën op de plank liggen. Waar we bij Stinger vooral voor staan, is de gebruikerservaring. Zo zetten we al heel lang in op stille producten, daarin onderscheiden we ons van de concurrentie.”